Voorzorgsbeginsel

In de (social) media worden soms vragen gesteld over het voorzorgsbeginsel. Wat is het voorzorgsbeginsel? En heeft het Ctgb er voldoende aandacht voor bij de beoordeling van gewasbeschermingsmiddelen en biociden?

Het voorzorgsbeginsel is het uitgangspunt van de Europese verordeningen voor gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Zo wil de Europese Commissie een hoog niveau van bescherming bieden door preventieve maatregelen te nemen. Samengevat komt het voorzorgsbeginsel erop neer dat gewasbeschermingsmiddelen en biociden die op de markt worden gebracht geen schadelijk effect mogen hebben op de gezondheid van mens of dier en geen onaanvaardbaar effect op het milieu. Om dat aan te tonen moet de aanvrager van een product een zeer omvangrijk dossier indienen, dat wordt beoordeeld door de nationale toelatingsautoriteiten. Dit betekent niet dat er helemaal geen risico’s meer zijn; uiteindelijk wordt de bescherming bepaald door politieke keuzes en wat we als samenleving acceptabel vinden. Zo wordt dus binnen de verordeningen rekening gehouden met het voorzorgsbeginsel. Het voorzorgsbeginsel toepassen op het vastgestelde veilig gebruik is dan ook niet nodig.  

Dit is de kern van het voorzorgsbeginsel. De volledige reikwijdte van het voorzorgsbeginsel is te vinden in een uitspraak van Hof van Justitie van de Europese Unie van 17 mei 2018 en in een uitspraak uit 2019 rond de EU-goedkeuring van glyfosaat.

Zie ook Beslisnota bij Kamerbrief Juridische uitspraken omtrent gewasbeschermingsmiddelen en verduidelijking voorzorgsbeginsel