Toelatingsproces

Om een middel toegelaten te krijgen tot de markt of goedkeuring van een stof te krijgen, moet er een aanvraag worden ingediend. Zo’n aanvraag gaat vergezeld van een dossier met alle informatie die nodig is voor de beoordeling van de mogelijke effecten op mens, dier en milieu. Deze gegevens kunnen beschermd zijn door een vertrouwelijkheidsclausule vanwege een fabricage- of handelsgeheim. Ook de gegevens die openbaar zijn, krijgen een periode bescherming, waarin ze niet vrijelijk gebruikt mogen worden en er niet naar mag worden verwezen.

De lidstaat moet de beoordeling en besluitvorming binnen twaalf maanden na ontvangst van de aanvraag afronden. Gedurende deze periode gaat de lidstaat na of het betreffende product aan de toelatingsvoorwaarden voldoet. Is daarvoor bijkomende informatie nodig, dan kan de onderzoekstermijn met maximaal zes maanden worden verlengd zodat de aanvrager aanvullende gegevens kan leveren. Lukt dat de aanvrager niet, dan vervalt de aanvraag.
 
Volgens het beginsel van wederzijdse erkenning uit de verordening, kan de fabrikant het middel in een andere lidstaat op de markt brengen met vergelijkbare ecologische en landbouwomstandigheden. Om te vermijden dat er voor bepaalde gewassen geen beschermingsmiddelen beschikbaar zijn, biedt de verordening ook ruimte al toegelaten gewasbeschermingsmiddelen daarvoor te gebruiken. De toelating kan dan worden uitgebreid met een zogenoemde ‘kleine toepassing’. Ook deze gebruiksuitbreidingen vallen onder het beginsel van wederzijdse erkenning.

De indeling, etikettering en verpakking van de gewasbeschermingsmiddelen moet voldoen aan de eisten gesteld in de verordening voor Classification, Labelling en Packaging - CLP-verordening. De verpakking moet consumenten duidelijkheid bieden over het gebruik van het middel.

Gegevens over toegelaten of ingetrokken gewasbeschermingsmiddelen moeten toegankelijk zijn voor het publiek. Het Ctgb onderhoudt daarvoor de databank Toelatingen, het plaatst digitale maandoverzichten online en het publiceert kwartaaloverzichten in het Bestrijdingsmiddelenbulletin.

De lidstaten voeren officiële controles uit op naleving van deze verordening. Zij sturen de Europese Commissie een definitief verslag over de omvang en de resultaten van deze controles binnen zes maanden na afloop van het jaar. De commissie laat de door de lidstaten uitgevoerde officiële controles verifiëren door deskundigen.

De commissie kan via noodmaatregelen gebruik of verkoop van een gewasbeschermingsmiddel beperken of verbieden, vanwege een mogelijk, ernstig risico voor de gezondheid van mens, dier of milieu als de betreffende lidstaat dit risico slecht bestrijdt.