Bij gebruik van gewasbeschermingsmiddelen volgens het voorschrift zijn de resten die soms achterblijven op groenten / fruit veilig voor de consument. Voordat een gewasbeschermingsmiddel wordt toegelaten, stelt de EU een veilig norm vast voor de werkzame stof. Daarbij gaan we uit van een levenslange blootstelling. Daarnaast wordt ook op Europees niveau bepaald wat er maximaal van een stof / middel mag achterblijven op een behandeld gewas. Bij het bepalen of die hoeveelheid veilig is houdt men er rekening mee dat een middel met eenzelfde stof op verschillende gewassen toegepast (en vervolgens geconsumeerd) kan worden. Handhavers controleren of de resten die achterblijven op gewassen niet het vastgestelde maximum overschrijden, en grijpen waar nodig in.
Geldt dit ook voor baby’s/jonge kinderen?
Ja, het beoordelingsmodel en de normen houden rekening met kinderen vanaf 16 weken.
Geldt het model ook voor zwanger vrouwen en moeders die borstvoeding geven?
Ja. In het onderzoek wordt rekening gehouden met blootstelling over meerdere generaties.
Maar we eten meerdere producten, met meerdere verschillende residuen…?
Hiernaar is onderzoek gedaan door het RIVM en door EFSA, zie de informatie bij ‘Combinaties residuen veilig’.
Zijn ‘candidates for substitution’ gevaarlijker?
Candidates for substitution zijn stoffen waarbij meer beschermende maatregelen nodig zijn voor een veilig gebruik door de mens of in het milieu. Maar ook toegelaten middelen op basis van deze stoffen zijn bij juist gebruik veilig. Net als bij andere stoffen wordt voor deze stoffen goed gekeken naar de stofeigenschappen bij het vaststellen van bijvoorbeeld normen voor residuen. De residunormen zijn zo vastgesteld dat de stoffen geen risico vormen voor de consument.